In Paramaribo boeken we een tour de binnenlanden in. Onze eerste keer echt de jungle in want we hebben gehoord dat van Zuid Amerika het tropisch regenwoud van Suriname het meest ongerept is en de tours die georganiseerd worden weinig commercieel zijn en dus geen massatoerisme trekken. Stinasu, een club die verschillende natuurreservaten beheert, waakt ervoor dat toerisme in deze gebieden op een ecologische wijze wordt ingevuld. Allemaal prima dus!
Voor onze tour van 4 dagen moeten we om 7.00u ‘sochtends verzamelen. Maar uiteraard staat de crew nog rustig wat bevoorrading na te tellen en arriveert de guide pas een uur later… Enfin, na achten vertrekken we, met nog vier Nederlanders. Er staat ons een lange busrit te wachten. Het eerste uur is de weg nog verhard maar daarna is het één groot drama: kuilen, overgelopen beekjes, modder… we butsen 7 uur lang lang zonder pauze de bush in. Tegen vier uur ’s middags zien we inmiddels scheel van de honger maar gelukkig zien we het verlossende bruggetje opdoemen: we zijn er! Althans, tot zover deel 1 van de reis. Na een goed bord bami laden we alles in een bootje en is het nog 2 uur varen tot Foengoe eiland: dit wordt onze slaapplaats de komende dagen! En dan maken we voor het eerst kennis met slapen in de jungle. We krijgen een kamer in een houten lodge aan de rand van het woud toegewezen, met open veranda en wanden. Voor het slapen gaan wordt nog even één en ander toegelicht over de rondkruipende en -vliegende bewoners van dit eiland, van vogelspin tot bushmaster. Juist ja… Goddank hebben we een klamboe!! ’s Nachts worden we uit onze slaap gehouden door een kakefonie van brulapen. Erg apart!
Wanneer het langzaam weer licht wordt (en Sara eindelijk naar het toilet durft) moeten we vroeg uit de veren want vandaag staat een lange wandeltocht naar de Volzberg op het programma. Er gaat nog een lokale gids van het eiland met ons mee: één of andere weirdo die duidelijk iets teveel stickies rookt en om de haverklap “Ja toch!” roept. Af en toe is ie niet te stuiten en roept ie het met een interval van 2 sec. Alsof er een plaat blijft hangen zeg maar . Ach hij weet wel erg veel van de natuur af dus daarmee scoort hij punten!
We maken een lange maar indrukwekkende tocht door het regenwoud en zien veel mooie bomen, planten, vogels en zelfs aapjes. Als we uiteindelijk in een verstikkende hitte de Voltzberg opgeklommen zijn, is het uitzicht adembenemend: we kijken 360 graden om ons heen uit over de toppen van het woud. Tot aan de horizon bomen en helemaal in het zuiden zien we ver weg Brazilie. Gaaf!
Op de terugweg gaan we allemaal helemaal kapot. Het is bloedheet, we zijn kletsnat van al het zweten en het is nog drie uur lopen. Maar na een tijd horen we in de verte het watervalletje van waar we de tocht zijn begonnen. De beentjes gaan opeens weer sneller en aangekomen liggen we binnen no-time in het koude water. Relaxed!
Terug op Foengoe eiland heeft onze kokin een heerlijke Surinaamse maaltijd klaar staan. Buikjes rond, zegt de gids ineens dat dit de (verlate) lunch is (het is 18u!). Zo meteen komt het avondeten want ja, je moet in toch twee keer warm eten in Suriname… ook als je midden in de jungle bivakkeert! We willen onze big-mama kokin (die trouwens écht verrukkelijk kan koken) niet teleurstellen dus twee uur later scheppen we onze borden weer vol. Lang leve de Suri keuken!
De volgende dag gaat het allemaal wat relater aan: een tochtje over het eiland, een beetje zwemmen in de rivier en een wandeling naar de Ralleighvallen. Dit is een waterval die in Paramaribo veelvuldig gepromoot wordt maar wat in onze ogen eerder lijkt op een kleine stroomversnelling… Maar ja, wij zijn natuurlijk ook verwende nesten na Iguazu! ’s Avonds komen er lekkere djogo’s op tafel (grote flessen Parbo bier, met een logo dat verdacht veel op Amstel lijkt) en een fles Borgoe rum. Prima! En die nacht slapen we opeens als een roos…
Na nog een laatste wandeling over het eiland en de laatste kans aapjes te spotten, is het tijd terug naar Paramaribo te gaan. Gelukkig niet die zelfde helse weg terug maar lekker in een Cessna vliegtuigje. ’s Ochtends krijgen we te horen dat onze vlucht opeens drie uur eerder gaat dan gepland. Als we dan ’s middags al een uur staan te wachten op de airstrip, krijgt de gids opeens een bericht dat er niet zoals afgesproken 2 kleine vliegtuigjes komen, maar 1 grote waar we samen in kunnen. 5 minuten later zien we iets aankomen en het is… toch een kleine Cessna! Er wordt wat gebakkeleid tussen piloot en gids want tja, hoe moet dat nou? Uiteindelijk mogen de twee koppels als eerste mee en moeten de anderen wachten op een tweede vliegtuigje. Hoelang dan? Is het al onderweg? Iedereen gaapt elkaar aan en niemand lijkt een antwoord te hebben. Als we nog geen 2 minuten in de lucht zijn, zien we het tweede vliegtuigje aankomen. Ongelooflijk! Best lastig om iets af te spreken in dit land! De vlucht is wel echt spectaculair. Je beleeft alles van dichtbij: wat de piloot doet, maar ook tropische regenbuien…! Veilig landen we een uurtje later op vliegveld Zorg & Hoop. Wat een gave trip! (foto’s)